Op Art
Periode: 1960-1970
Op Art is een kunststroming die in de jaren 1960 opkwam, waarbij de focus ligt op optische illusies en het creëren van visuele effecten door middel van geometrische patronen en kleurcontrasten. De naam "Op Art" is afgeleid van "optische kunst" en werd voor het eerst populair toen het tijdschrift Time in 1964 de term gebruikte om deze beweging te beschrijven.
Hoewel Op Art een relatief kortstondige bloeiperiode had in de jaren 1960, had het een blijvende impact op verschillende kunstvormen, van grafisch ontwerp tot mode en architectuur. De stroming werd vaak gezien als een visueel spektakel, zonder diepere sociale of politieke boodschap, wat ervoor zorgde dat het soms werd bekritiseerd als puur "decoratief". Desondanks blijft de erfenis van Op Art sterk aanwezig in hedendaagse kunst en design, vooral in de manier waarop kunstenaars en ontwerpers spelen met perceptie, illusie en beweging.
Ontstaan
Op Art kwam voort uit de modernistische tradities van abstractie en geometrische kunst, die in het begin van de 20e eeuw werden ontwikkeld door stromingen zoals het constructivisme, Bauhaus en de Stijl. Kunstenaars in deze stromingen waren geïnteresseerd in de rol van vorm, lijn, en kleur als onafhankelijke elementen. Op Art kunstenaars namen deze principes over en legden de nadruk op het onderzoeken van visuele waarneming en de interactie tussen het oog en het brein.
De stroming kreeg internationale erkenning met de tentoonstelling "The Responsive Eye" in 1965 in het Museum of Modern Art (MoMA) in New York. Deze tentoonstelling presenteerde werken die gebruik maakten van geometrische vormen en patronen om illusies van beweging, vibratie en diepte te creëren, zelfs wanneer het kunstwerk zelf statisch was.
Kenmerken van Op Art
Geometrische abstractie
Kunstenaars werkten met strikte geometrische vormen zoals lijnen, cirkels, vierkanten en ruiten. Deze vormen werden nauwkeurig gecombineerd om complexe optische effecten te creëren.
Peter Blake - een korte video over zijn werk
Optische illusies
Een van de belangrijkste kenmerken van Op Art is het gebruik van optische illusies, waarbij het kunstwerk zo is ontworpen dat het lijkt te bewegen, trillen of diepte te creëren, hoewel het fysiek vlak is. Dit wordt bereikt door middel van contrasten, herhalingen en subtiele variaties in vorm of kleur.
M.C. Escher - Relativiteit uit 1953
Vibrerende kleuren
Sommige Op Art kunstenaars gebruikten contrasterende kleuren, vaak naast elkaar geplaatst in complexe patronen, om het oog te verwarren en een gevoel van trillende energie of beweging op te wekken. Vaak werden complementaire kleuren gebruikt die elkaar visueel versterken, zoals blauw en oranje of rood en groen.
Beweging en dynamiek
Hoewel de kunstwerken statisch zijn, wekken ze vaak de illusie van beweging of vibratie, omdat het oog voortdurend probeert het beeld te interpreteren en aan te passen aan de visuele spanning.
Cataract 3 door Bridget Riley uit 1967
van Flickr door Ian Burt
Contrast tussen licht en donker
Veel Op Art werken maken gebruik van hoog contrast tussen zwart en wit of andere donkere en lichte tinten om een sterk effect van diepte of beweging te creëren.
Herhaling en patronen
Een herhaald patroon van vormen of lijnen is cruciaal om de illusie van beweging of diepte te versterken.
Belangrijke kunstenaars en hun werk
Victor Vasarely :
Vasarely, een van de belangrijkste grondleggers van Op Art, begon zijn carrière in het grafisch ontwerp, waar hij geometrische patronen ontwikkelde die later het fundament zouden vormen voor zijn schilderkunst. Zijn werken variëren van complexe zwart-witcomposities tot kleurrijke geometrische abstracties die een sterke optische impact hebben. Belangrijk werken van Vaserely zijn Zebra (1937), Vega (1968) en Kellè (1953).
Bridget Riley:
Riley is een van de bekendste Britse Op Art kunstenaars. Haar werken zijn vaak zwart-witcomposities die een sterk gevoel van beweging en vibratie oproepen. In haar latere carrière begon ze ook met kleur te experimenteren, waarbij ze kleurcontrasten gebruikte om vergelijkbare optische effecten te bereiken. Belangrijke werken van Riley zijn Movement in Squares (1961), Current (1964) en Cataract 3 (1967).
Julio Le Parc:
Le Parc, een Argentijnse kunstenaar, staat bekend om zijn werken die beweging en licht combineren om interactieve visuele ervaringen te creëren. Zijn werk met lichtsculpturen en optische schilderijen had een grote invloed op de ontwikkeling van Op Art en kinetische kunst. Belangrijke werken van Le Parc zijn Continuel Lumière Mobile (1960s) en La Longue Marche (1974).
Jesus Rafael Soto:
Soto, afkomstig uit Venezuela, was een pionier van zowel Op Art als kinetische kunst. Hij creëerde vaak werken die bestonden uit draden, metalen staven en andere materialen die, afhankelijk van de positie van de toeschouwer, visuele illusies van beweging veroorzaakten. Belangrijke werken van Soto zijn Penetrable (1967) en Vibrations (1960).
Carlos Cruz-Diez:
Cruz-Diez, ook een Venezolaanse kunstenaar, was bekend om zijn diepgaande onderzoek naar kleur en perceptie. Hij creëerde werken die veranderden naargelang de positie van de toeschouwer, waardoor de illusie van kleurverandering of beweging ontstond. Belangrijke werken van Cruz-Diez zijn Physichromie (1960s) en Chromosaturation (1965).
M.C. Escher:
M.C. Escher was een Nederlandse graficus bekend om zijn mathematisch geïnspireerde kunstwerken met optische illusies en onmogelijke constructies, wat hem indirect verbindt met de Op Art-beweging. Zijn bekendste werk in deze context is "Relativiteit" (1953), waarin hij speelt met perspectief en zwaartekracht op een visueel verwarrende manier.