De Dood en het Meisje


De Dood en het Meisje

Door: Egon Schiele
Stijl: Expressionisme
Materiaal: Olieverf op doek
Jaar: 1915
Afmeting: ca. 150 × 180 cm (Er bestaan ook andere varianten)

Het schilderij

De Dood en het Meisje (1915) is een van de meest aangrijpende en symbolisch geladen werken van Egon Schiele. Het schilderij toont een jonge vrouw, gehuld in een lang gewaad, die wordt omarmd door een donkere, skeletachtige figuur die de Dood personifieert.
Het werk belichaamt een intens spanningsveld tussen leven en dood, tussen tederheid en angst, en geeft uitdrukking aan een diepe existentiële worsteling.

Het schilderij bevindt zich in het Leopold Museum in Wenen en behoort tot de meest iconische en veelbesproken schilderijen binnen het Oostenrijkse expressionisme.

 

Ontstaan en Achtergrond

Het jaar 1915 markeert een keerpunt in Schieles leven. In juni van dat jaar trouwde hij met Edith Harms, maar om te kunnen trouwen moest hij eerst afscheid nemen van zijn grote liefde en muze Wally Neuzil.
Wally had hem jarenlang gesteund, zelfs tijdens de beruchte Neulengbach-affaire, en speelde ironisch genoeg ook een rol in zijn kennismaking met Edith.

Hun afscheid vond plaats in Café Eichberger, waar Schiele vaak ging biljarten. Hij overhandigde Wally een brief met het voorstel om elke zomer samen op vakantie te gaan — zonder Edith. Wally weigerde. Ze was misschien niet de juiste vrouw om mee te trouwen, maar ze had grenzen én een hart.
Hun afscheid was stil en geladen: Schiele keek naar haar, maar zei niets.

De emotionele gevolgen van dit verbreken van een intense relatie zijn terug te zien in De Dood en het Meisje. De figuur van de Dood wordt vaak geïnterpreteerd als Schiele zelf, terwijl het meisje wordt gezien als Wally.

Ook de historische omstandigheden speelden mee. De Eerste Wereldoorlog woedde, Schiele stond op het punt opgeroepen te worden, en sterfelijkheid hing voortdurend boven het dagelijks leven.

Tragischer wordt het nog door het vervolg:
In 1918 stierven zowel Edith (zwanger van hun eerste kind) als Egon binnen drie dagen aan de Spaanse griep.
Had die pandemie hen niet getroffen, dan had Schieles enorme artistieke potentie zich nog vele jaren kunnen ontwikkelen.

 

Bijzonderheden en opvallende details

Het schilderij draait volledig om de omhelzing tussen de vrouw en de Dood — een ontmoeting die zowel intiem als beangstigend is. Schiele gebruikt lichaamstaal, kleur en compositie om een diep gevoelde existentiële spanning op te roepen.

 

De Dood als skelettale figuur

De figuur van de Dood is weergegeven als een donker, hoekig en bijna skelettaal personage. Zijn gewaad omsluit een lichaam dat hard, streng en onverzettelijk oogt.
De scherpe lijnen en ingevallen vormen creëren een indruk van onvermijdelijkheid: de Dood heeft geen menselijke zachtheid, geen warmte, geen compromis.

Zijn rug vormt een opvallende lange, opwaartse kromming, die doet denken aan een oprijzende geologische formatie — een oeroude kracht die als het ware uit de aarde zelf voortkomt. Deze metafoor versterkt het beeld van de Dood als een allesoverheersende natuurmacht.

 

Het meisje: kwetsbaarheid en overgave

Schiele schildert de figuren alsof ze van bovenaf worden gezien, een perspectief dat hij vaker toepaste. Dit maakt de scène intiemer, maar ook vreemder — alsof de kijker ongewild getuige is van een moment dat niet voor het oog bestemd is.
De vrouw ligt op gekreukelde witte lakens, die tegelijk refereren aan:

  • liefde en lichamelijkheid,
  • afscheid en verlies,
  • en aan een lijkwade, de laatste rustplaats van geliefden.

De armen van de vrouw lijken lang, dun en gespannen, alsof zij tegelijkertijd vasthoudt én zich losmaakt. Haar handen raken de rug van de Dood niet écht — haar taps toelopende, gekromde vingers lijken meer zichzelf vast te houden dan hem.
Hierdoor ontstaat een houding die zowel intiem als afstandelijk is.

 

De armen van de vrouw lijken lang, dun en gespannen, alsof zij tegelijkertijd vasthoudt én zich losmaakt.
Haar handen raken de rug van de Dood niet écht — haar taps toelopende, gekromde vingers lijken meer zichzelf vast te houden dan hem.

De gekreukelde witte stof en het landschap

Opvallend is de gekromde strook witte stof waarop de twee figuren lijken te rusten. Deze doek doet denken aan:

  • een lijkwade,
  • een symbool van transitie,
  • of een dromerige tussenruimte tussen leven en dood.

Daaronder zien we een abstract, heuvelachtig landschap.
Het effect is dat de figuren boven de wereld zweven, alsof de scène zich afspeelt in een droom of visioen — een symbolische ruimte waarin psychologische processen zichtbaar worden.

 

De witte stof en het droomlandschap

De figuren lijken te zweven boven een onherkenbaar landschap, geschilderd in modderige, roestkleurige tinten.
Dit desolate decor versterkt het gevoel dat de scène zich afspeelt in een droomsfeer, een stiltepunt tussen leven en dood.

 

De zwarte leegte

Achter hen bevindt zich een diepe, dreigende zwarte holte — een symbool voor het onbekende, het niets, de angst voor wat na het leven komt.
Deze donkere ruimte trekt de scène visueel naar zich toe en maakt het werk beklemmender.

 

Schieles karakteristieke anatomie

Schieles figuren tonen:

  • overstrekte, twijgachtige botstructuren

  • hoekige lijnen

  • vreemde, kronkelende houdingen

  • een gevoel van instabiliteit

Alles lijkt op het punt te staan om uit elkaar te vallen — alsof zijn figuren met één klap in stukken uiteen zouden kunnen breken.

 

Karakteristieke botstructuren van de de figuren

Een omhelzing van noodzaak

De omhelzing is een paradox: zij toont zowel afstoting als aantrekking.
De figuren lijken bevroren in de tijd, alsof rigor mortis hen al heeft vastgezet in een eeuwige omhelzing.
De vrouw klampt zich vast aan de Dood alsof hij liefde is — maar haar lichaamstaal verraadt dat het geen verlangen is, maar noodzaak.

 

Symboliek en betekenis

Het schilderij verenigt twee grote thema’s die Schiele zijn hele leven fascineerden: dood en erotiek.
De witte lakens belichamen liefde en afscheid, de pose toont zowel verlangen als wanhoop, en de donkere figuur vertegenwoordigt een onafwendbare lotgenoot.

Het werk verbeeldt:

  • de spanning tussen verlangen en verlies

  • de angst voor het onbekende

  • de pijn van afscheid

  • de diepe verbondenheid van leven en dood

  • Schieles persoonlijke liefdesdrama

 

Materialen en techniek

Uitgevoerd in olieverf op doek, met:

  • expres­sieve contouren

  • contrasterende kleuren

  • vervormde anatomie

  • een vlak, onbestemd landschap

  • minimale achtergrondafleiding

De techniek versterkt de emotionele nood en de psychologische intensiteit van de scène.

 

In het kort

De Dood en het Meisje is een existentiële botsing tussen leven en dood, liefde en afscheid.
Het schilderij weerspiegelt zowel Schieles persoonlijke drama als zijn fascinatie voor sterfelijkheid en erotiek.

De verstikkende, paradoxale omhelzing en de bevroren houdingen maken dit werk tot een van de meest indringende meesterwerken van het expressionisme.