Pablo Picasso

Pablo Picasso
1881-1973

 

Pablo Picasso was een van de meest invloedrijke en productieve kunstenaars van de 20e eeuw. Hij was medeoprichter van het kubisme, een baanbrekende artistieke stroming, en had een ongeëvenaard vermogen om diverse stijlen en media te verkennen, waaronder schilderkunst, beeldhouwkunst, grafiek, en keramiek. Picasso wordt vaak gezien als een creatieve kracht die voortdurend de grenzen van de kunst verlegde.
Pablo Ruiz Picasso werd geboren op 25 oktober 1881 in Málaga, Spanje, als zoon van een kunstleraar, José Ruiz Blasco, en María Picasso López. Al op jonge leeftijd toonde Picasso buitengewone artistieke talenten. Zijn vader, die zelf kunstenaar was, herkende dit en ondersteunde zijn ontwikkeling. Toen Pablo zeven jaar oud was, begon hij lessen van zijn vader te krijgen in tekenen en schilderen. Tegen de tijd dat hij tien jaar was, kon hij al werken in een realistische stijl.
In 1895 verhuisde de familie naar Barcelona, waar Picasso op 13-jarige leeftijd werd toegelaten tot de prestigieuze kunstschool La Llotja. Hij blonk uit, maar voelde zich al snel beperkt door de conventionele methoden van het academische onderwijs.

Begin van Picasso's Carrière: Blauwe en Roze Periodes

Na zijn verhuizing naar Parijs in 1904, begon Picasso's carrière echt vorm te krijgen. De Blauwe Periode (1901-1904) markeert een tijd waarin hij donkere, sombere schilderijen maakte, vaak in koele blauwtinten, beïnvloed door armoede, verlies en depressie. Beroemde werken uit deze tijd zijn onder andere "De Oude Gitarist" en "Levensvreugde". Dit was een tijd waarin Picasso veel reflecteerde op de tragische kant van het leven.

Na 1904 ging hij over op de Roze Periode (1904-1906), waarin hij zachtere, warmere kleuren gebruikte, zoals roze en rood. Hij richtte zich in deze periode op figuren zoals circusartiesten, acrobaten en clowns, zoals te zien in werken als "Familie van de Acrobaten". Deze overgang markeerde een lichtere, meer dromerige fase in zijn kunst.

Ontwikkeling van het Kubisme

In 1907 veroorzaakte Picasso een revolutie in de kunstwereld met zijn baanbrekende schilderij "Les Demoiselles d'Avignon", een werk dat de weg vrijmaakte voor het kubisme. Samen met Georges Braque ontwikkelde hij het kubisme, een nieuwe benadering van het afbeelden van ruimte, vorm en perspectief. Kubistische schilderijen deconstrueerden objecten en figuren in geometrische vormen en toonden verschillende aanzichten tegelijk. Dit concept veranderde de manier waarop kunstenaars de werkelijkheid konden weergeven.

In de analytische kubisme-fase (1909-1912) experimenteerde Picasso met het afbreken van vormen in geometrische fragmenten, zoals in "Fles en Vissenkom". De synthetische kubisme-fase volgde daarna, waarbij hij collages en abstracte vormen gebruikte om kunstwerken te creëren, zoals "Gitaar".

Periode van Klassieke Stijl en Surrealisme

Na de Eerste Wereldoorlog keerde Picasso zich tijdelijk af van het kubisme en begon hij te werken in een meer klassieke stijl. Dit gebeurde vooral in de jaren 1920, toen hij figuratieve en monumentale werken produceerde, geïnspireerd door de oude Griekse en Romeinse kunst. Tegelijkertijd werd hij betrokken bij het surrealisme, een stroming die sterk gericht was op het onderbewustzijn en het droombeeld.

In deze tijd schilderde hij een aantal van zijn meest opmerkelijke werken, waaronder "Guernica" (1937), een monumentale reactie op het bombardement van de Baskische stad Guernica tijdens de Spaanse Burgeroorlog. Dit schilderij, met zijn dramatische, verstoorde vormen, werd een krachtig symbool tegen de gruwelen van oorlog en geweld.

Later Werk en Leven

Picasso bleef zijn hele leven innoveren en evolueren. Hij exploreerde verschillende stijlen, waaronder neoclassicisme, en experimenteerde met sculptuur, keramiek en grafiek. Zijn enorme productiviteit zorgde ervoor dat hij duizenden kunstwerken maakte, variërend van schilderijen en beeldhouwwerken tot tekeningen en theaterdecors.

Picasso’s privéleven was net zo kleurrijk als zijn kunst. Hij had verschillende langdurige relaties met vrouwen, waaronder Fernande Olivier, Olga Khokhlova, Dora Maar, Françoise Gilot, en Jacqueline Roque. Deze vrouwen beïnvloedden niet alleen zijn persoonlijk leven maar ook zijn kunst, waarbij elk een nieuwe fase in zijn werk markeerde.

Picasso bleef actief tot aan zijn dood op 8 april 1973, op 91-jarige leeftijd, in Mougins, Frankrijk. Hij stierf als een van de meest erkende en gevierde kunstenaars ter wereld.

Erfenis

Picasso's invloed op de kunst is onmiskenbaar. Hij wordt beschouwd als een van de meest vernieuwende en productieve kunstenaars in de moderne kunstgeschiedenis. Zijn veelzijdigheid, zowel in stijl als medium, en zijn constante zoektocht naar nieuwe uitdrukkingsvormen hebben de manier waarop kunstenaars de werkelijkheid zien en weergeven fundamenteel veranderd.

Zijn beroemdste werken, zoals "Les Demoiselles d'Avignon", "Guernica", en zijn kubistische schilderijen, worden nu tentoongesteld in enkele van de meest prestigieuze musea ter wereld, waaronder het Musée Picasso in Parijs en het Museum of Modern Art (MoMA) in New York.

Picasso's werk heeft talloze kunstenaars beïnvloed, en zijn voortdurende zoektocht naar vernieuwing blijft een inspiratie voor kunstenaars en kunstliefhebbers wereldwijd

Interessante feitjes

Picasso's volledige naam
Hoewel Pablo Picasso meestal onder zijn achternaam bekend is, werd hij bij zijn doop volledig genoemd als Pablo Diego José Francisco de Paula Juan Nepomuceno Crispín Crispiniano María de los Remedios de la Santísima Trinidad Ruiz Picasso. Deze lange naam is een combinatie van familie- en heiligennamen, waarbij "Ruiz" van zijn vader komt en "Picasso" van zijn moeder.


Picasso's eerste woord was 'potlood'
Picasso's eerste woord was naar verluidt "lapiz," het Spaanse woord voor potlood, wat zijn vroege artistieke aanleg liet zien. Zijn vader, een schilder van naturalistische vogelportretten, begon hem al op jonge leeftijd les te geven. Tegen de tijd dat Picasso 14 was, vond zijn vader dat hij beter was dan hijzelf en stopte met schilderen.


Verdacht van de diefstal van de Mona Lisa
In 1911 werd Picasso verdacht van de diefstal van de Mona Lisa uit het Louvre, nadat zijn vriend Guillaume Apollinaire hem beschuldigde tijdens een politieonderzoek. Hoewel Picasso uiteindelijk onschuldig bleek te zijn, bleef de diefstal een groot schandaal totdat het schilderij jaren later werd teruggevonden.


Ironisch genoeg zijn Picasso’s werken het meest gestolen
Picasso's kunstwerken behoren tot de meest gestolen ter wereld. Volgens het Art Loss Register zijn er meer dan duizend van zijn werken verloren, gestolen of betwist, en deze diefstallen gaan door tot in de moderne tijd.


Picasso als dichter en toneelschrijver
In zijn latere jaren schreef Picasso meer dan 300 gedichten en twee surrealistische toneelstukken. Hij werkte samen met grote kunstenaars zoals Jean Cocteau en Erik Satie aan het ballet Parade, en zijn toneelstuk Desire Caught by the Tail werd uitgevoerd door prominente denkers zoals Jean-Paul Sartre en Albert Camus.


Picasso's liefde voor dieren
Picasso had een grote liefde voor dieren, met name voor duiven en honden. Zijn beroemde tekening Vredesduif werd het symbool van de Internationale Vredesconferentie in 1949, en hij noemde zijn dochter Paloma, wat "duif" betekent in het Spaans. Zijn hond Lump, een teckel, was zijn trouwe metgezel en verscheen zelfs in verschillende schilderijen.